De kasgeldlimiet wordt bij aanvang van de begroting vastgesteld en bedraagt voor 2018 een bedrag van €28 miljoen; de limiet bedraagt een bij ministeriële regeling vastgesteld percentage (8,5%) van de begrote gemeentelijke uitgaven.

Deze limiet geeft de toelaatbare omvang aan van de netto vlottende (kortlopende) schuld. Het verloop van de kasgeldlimiet vertoonde in het eerste kwartaal  en tweede kwartaal 2018 het volgende beeld.

De kasgeldlimiet is in het eerste kwartaal 2018 dus overschreden met ruim €22 miljoen; dit mede naar aanleiding van de kasgeldlening van €40 miljoen die eind januari 2018 is aangetrokken.

Iedere 3 maanden wordt de stand van de netto vlottende schuld van de gemeente getoetst aan de kasgeldlimiet. Bij een te verwachten langere termijn overschrijding van de kasgeldlimiet dient tot consolidatie van de vlottende schuld te worden overgaan en dienen daardoor langlopende financieringsmiddelen te worden aangetrokken. Deze actie – het aantrekken van langlopende financieringsmiddelen – is zoals eerder weergegeven gemaakt in de maand april 2018. Het resultaat van deze actie is dan ook dat de kasgeldlimiet in het tweede kwartaal 2018 weer wordt onderschreden, namelijk met ruim €9 miljoen en met betrekking tot het derde kwartaal 2018 geldt een onderschrijding van ruim €48 miljoen. Deze ruimte is onder andere gerealiseerd voor de forse aflossings- en renteverplichting (nagenoeg €16 miljoen) eind september 2018 inzake de langlopende geldleningen.
De provincie neemt maatregelen wanneer de kasgeldlimiet in 3 opeenvolgende kwartalen wordt overschreden.